Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
algemeen [n]
- Brechung [f]
- Brechen [n]
voorwerpen [v]
- zerbrechen
- in Stücke zerbrechen
raam [v]
- zerschmettern
koord [v]
- reißen
- abreißen
transitief [v]
- brechen
- aufschlagen
- aufbrechen
- zerbrechen
intransitief [v]
- zerbrechen
- kaputtgehen
- brechen
- zersplittern
voorwerp [v]
- brechen
- losreißen
optica [v]
- brechen
geneeskunde [v]
- sich brechen
ENGELS
algemeen [n]
- breaking
- break
- breakage
voorwerpen [v]
- smash
- break into pieces
raam [v]
- shatter
- smash
koord [v]
- sever
- break
transitief [v]
- break
- crack
- break open
- burst
intransitief [v]
- break
- come apart
- shatter
voorwerp [v]
- break
- be torn loose
optica [v]
- refract
geneeskunde [v]
- break
- fracture
FRANS
algemeen [n]
- brisement [m]
- rupture [f]
- fracture [f]
voorwerpen [v]
- se casser
- se briser
- se briser en mille morceaux
raam [v]
- fracasser
- briser
koord [v]
- se rompre
- se casser
transitief [v]
- rompre
- casser
- briser
intransitief [v]
- se rompre
- se briser
- se casser
voorwerp [v]
- se casser
optica [v]
- réfracter
geneeskunde [v]
- se casser
- se fracturer
ITALIAANS
algemeen [n]
- rottura [f]
- frattura [f]
voorwerpen [v]
- frantumarsi
- andare in mille pezzi
raam [v]
- fracassare
- rompere
- infrangere
koord [v]
- tagliarsi
- spezzarsi
transitief [v]
- rompere
- spaccare
intransitief [v]
- rompersi
- infrangersi
voorwerp [v]
- rompersi
- spezzarsi
optica [v]
- rifrangere
geneeskunde [v]
- rompere
- rompersi
- fratturarsi
SPAANS
algemeen [n]
- rotura [f]
- rompimiento [m]
- fractura [f]
voorwerpen [v]
- romperse
- hacerse pedazos
raam [v]
- romper
- hacer añicos
koord [v]
- romperse
- cortarse
transitief [v]
- romper
- quebrar
- partir
intransitief [v]
- romperse
- estrellarse
voorwerp [v]
- romperse
- rasgarse
optica [v]
- refractar
geneeskunde [v]
- romperse
- fracturarse
ZWEEDS
algemeen [n]
- sönderbrytning [u]
- brytning [u]
voorwerpen [v]
- gå sönder
- krossas
raam [v]
- krossa
koord [v]
- brista
transitief [v]
- bryta
- spräcka
- spränga
intransitief [v]
- gå av
- brytas av
- gå sönder
- splittras
voorwerp [v]
- bryta lös
optica [v]
- bryta
geneeskunde [v]
- bryta
PORTUGEES
algemeen [n]
- ruptura [f]
- fratura [f]
voorwerpen [v]
- despedaçar
- quebrar em mil pedaços
raam [v]
- despedaçar
- partir-se em pedaços
koord [v]
- romper-se
- arrebentar
- partir
transitief [v]
- quebrar
- espatifar
intransitief [v]
- romper-se
- partir-se
- quebrar
voorwerp [v]
- romper-se
- partir-se
optica [v]
- refratar
geneeskunde [v]
- quebrar
- fraturar
THESAURUS
kleinmaken [v]
- stukslaan
afbreken [v]
- beëindigen
- onderbreken
schenden [v]
stukgaan [v]
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- brekend
- gebroken
Presens
- breek
- breekt
- breekt
- breken
- breken
- breken
Imperfect
- brak
- brak
- brak
- braken
- braken
- braken
Toekomende tijd I
- zal breken
- zult breken
- zal breken
- zullen breken
- zullen breken
- zullen breken
Conditionalis I
- zou breken
- zou breken
- zou breken
- zouden breken
- zouden breken
- zouden breken
Perfectum
- heb gebroken
- hebt gebroken
- heeft gebroken
- hebben gebroken
- hebben gebroken
- hebben gebroken
Voltooid verleden tijd
- had gebroken
- had gebroken
- had gebroken
- hadden gebroken
- hadden gebroken
- hadden gebroken
Toekomende tijd II
- zal gebroken hebben
- zult gebroken hebben
- zal gebroken hebben
- zullen gebroken hebben
- zullen gebroken hebben
- zullen gebroken hebben
Conditionalis II
- zou hebben gebroken
- zou hebben gebroken
- zou hebben gebroken
- zouden hebben gebroken
- zouden hebben gebroken
- zouden hebben gebroken
Imperatief
- -
- breek
- -
- -
- breekt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries