Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
hond [v]
- provoke
- tease
- bait
gedrag [v]
- bait
- badger
- harass
- provoke
- torment
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
hond [v]
- reta
gedrag [v]
- reta
- plåga
- trakassera
PORTUGEES
THESAURUS
provoceren [v]
- tarten
- uitdagen
sarren [v]
- jennen
- pesten
- treiteren
tarten [v]
- sarren
treiteren [v]
- jennen
- pesten
- sarren
- stangen
uitdagen [v]
- oproepen
- provoceren
- tarten
- uitnodigen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- tergend
- getergd
Presens
- terg
- tergt
- tergt
- tergen
- tergen
- tergen
Imperfect
- tergde
- tergde
- tergde
- tergden
- tergden
- tergden
Toekomende tijd I
- zal tergen
- zult tergen
- zal tergen
- zullen tergen
- zullen tergen
- zullen tergen
Conditionalis I
- zou tergen
- zou tergen
- zou tergen
- zouden tergen
- zouden tergen
- zouden tergen
Perfectum
- heb getergd
- hebt getergd
- heeft getergd
- hebben getergd
- hebben getergd
- hebben getergd
Voltooid verleden tijd
- had getergd
- had getergd
- had getergd
- hadden getergd
- hadden getergd
- hadden getergd
Toekomende tijd II
- zal getergd hebben
- zult getergd hebben
- zal getergd hebben
- zullen getergd hebben
- zullen getergd hebben
- zullen getergd hebben
Conditionalis II
- zou hebben getergd
- zou hebben getergd
- zou hebben getergd
- zouden hebben getergd
- zouden hebben getergd
- zouden hebben getergd
Imperatief
- -
- terg
- -
- -
- tergt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries