Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
eigendom [v]
- gehören
gedrag [v]
- sich schicken
- sich ziemen
- sich gebühren
ENGELS
eigendom [v]
- belong to
- be the property of
gedrag [v]
- become
- befit
- behoove
- behove
FRANS
ITALIAANS
eigendom [v]
- appartenere
- essere di
gedrag [v]
- convenire
- valere la pena
SPAANS
eigendom [v]
- pertenecer a
gedrag [v]
- convenir
- ser propio
- corresponder a
ZWEEDS
eigendom [v]
- tillhöra
gedrag [v]
- passa
- anstå
- hövas
- tillkomma
PORTUGEES
eigendom [v]
- pertencer a
- ser propriedade de
gedrag [v]
- convir
- caber
- competir
THESAURUS
deel uitmaken [v]
- horen bij
- thuishoren
- toebehoren
moeten [v]
betamen [v]
- horen
- passen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- behorend
- behoord
Presens
- behoor
- behoort
- behoort
- behoren
- behoren
- behoren
Imperfect
- behoorde
- behoorde
- behoorde
- behoorden
- behoorden
- behoorden
Toekomende tijd I
- zal behoren
- zult behoren
- zal behoren
- zullen behoren
- zullen behoren
- zullen behoren
Conditionalis I
- zou behoren
- zou behoren
- zou behoren
- zouden behoren
- zouden behoren
- zouden behoren
Perfectum
- heb behoord
- hebt behoord
- heeft behoord
- hebben behoord
- hebben behoord
- hebben behoord
Voltooid verleden tijd
- had behoord
- had behoord
- had behoord
- hadden behoord
- hadden behoord
- hadden behoord
Toekomende tijd II
- zal behoord hebben
- zult behoord hebben
- zal behoord hebben
- zullen behoord hebben
- zullen behoord hebben
- zullen behoord hebben
Conditionalis II
- zou hebben behoord
- zou hebben behoord
- zou hebben behoord
- zouden hebben behoord
- zouden hebben behoord
- zouden hebben behoord
Imperatief
- -
- behoor
- -
- -
- behoort
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries