koopwaar [n]
- Wiederauffindung [f]
bewustzijn [v]
- wiedererlangen
voorwerpen [v]
- zurückerlangen
- zurückerhalten

koopwaar [n]
- recovery
- retrieval
bewustzijn [v]
- regain
voorwerpen [v]
- recover
- get back

koopwaar [n]
- recouvrement [m]
- récupération [f]
bewustzijn [v]
- reprendre
voorwerpen [v]
- récupérer

koopwaar [n]
- recupero [m]
- ritrovamento [m]
bewustzijn [v]
- riprendere
voorwerpen [v]
- ricuperare

koopwaar [n]
- recuperación [f]
bewustzijn [v]
- recobrar
voorwerpen [v]
- recobrar
- recuperar

koopwaar [n]
- återfående [n]
- återfinnande [n]
bewustzijn [v]
- återfå
voorwerpen [v]
- återfå
- återvinna

koopwaar [n]
- recuperação [f]
bewustzijn [v]
- recobrar
- recuperar
voorwerpen [v]
- recuperar

Tegenwoordig en verleden deelwoord
- terugkrijgend
- teruggekregen
Presens
- krijg terug
- krijgt terug
- krijgt terug
- krijgen terug
- krijgen terug
- krijgen terug
Imperfect
- kreeg terug
- kreeg terug
- kreeg terug
- kregen terug
- kregen terug
- kregen terug
Toekomende tijd I
- zal terugkrijgen
- zult terugkrijgen
- zal terugkrijgen
- zullen terugkrijgen
- zullen terugkrijgen
- zullen terugkrijgen
Conditionalis I
- zou terugkrijgen
- zou terugkrijgen
- zou terugkrijgen
- zouden terugkrijgen
- zouden terugkrijgen
- zouden terugkrijgen
Perfectum
- heb teruggekregen
- hebt teruggekregen
- heeft teruggekregen
- hebben teruggekregen
- hebben teruggekregen
- hebben teruggekregen
Voltooid verleden tijd
- had teruggekregen
- had teruggekregen
- had teruggekregen
- hadden teruggekregen
- hadden teruggekregen
- hadden teruggekregen
Toekomende tijd II
- zal teruggekregen hebben
- zult teruggekregen hebben
- zal teruggekregen hebben
- zullen teruggekregen hebben
- zullen teruggekregen hebben
- zullen teruggekregen hebben
Conditionalis II
- zou hebben teruggekregen
- zou hebben teruggekregen
- zou hebben teruggekregen
- zouden hebben teruggekregen
- zouden hebben teruggekregen
- zouden hebben teruggekregen
Imperatief
- -
- krijg terug
- -
- -
- krijgt terug
- -