Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
weg [v]
- aufbrechen
ENGELS
weg [v]
- break up
FRANS
weg [v]
- défoncer
ITALIAANS
weg [v]
- smantellare
SPAANS
weg [v]
- desmantelar
ZWEEDS
weg [v]
- bryta upp
PORTUGEES
weg [v]
- quebrar
THESAURUS
beëindigen [v]
- ophouden
afbreken [v]
- losbreken
- openbreken
bezuren [v]
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- opbrekend
- opgebroken
Presens
- breek op
- breekt op
- breekt op
- breken op
- breken op
- breken op
Imperfect
- brak op
- brak op
- brak op
- braken op
- braken op
- braken op
Toekomende tijd I
- zal opbreken
- zult opbreken
- zal opbreken
- zullen opbreken
- zullen opbreken
- zullen opbreken
Conditionalis I
- zou opbreken
- zou opbreken
- zou opbreken
- zouden opbreken
- zouden opbreken
- zouden opbreken
Perfectum
- heb opgebroken
- hebt opgebroken
- heeft opgebroken
- hebben opgebroken
- hebben opgebroken
- hebben opgebroken
Voltooid verleden tijd
- had opgebroken
- had opgebroken
- had opgebroken
- hadden opgebroken
- hadden opgebroken
- hadden opgebroken
Toekomende tijd II
- zal opgebroken hebben
- zult opgebroken hebben
- zal opgebroken hebben
- zullen opgebroken hebben
- zullen opgebroken hebben
- zullen opgebroken hebben
Conditionalis II
- zou hebben opgebroken
- zou hebben opgebroken
- zou hebben opgebroken
- zouden hebben opgebroken
- zouden hebben opgebroken
- zouden hebben opgebroken
Imperatief
- -
- breek op
- -
- -
- breekt op
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries