Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
schenden [v]
- vanhelga
- skända
- profanera
- kränka
PORTUGEES
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- ontwijdend
- ontwijd
Presens
- ontwijd
- ontwijdt
- ontwijdt
- ontwijden
- ontwijden
- ontwijden
Imperfect
- ontwijdde
- ontwijdde
- ontwijdde
- ontwijdden
- ontwijdden
- ontwijdden
Toekomende tijd I
- zal ontwijden
- zult ontwijden
- zal ontwijden
- zullen ontwijden
- zullen ontwijden
- zullen ontwijden
Conditionalis I
- zou ontwijden
- zou ontwijden
- zou ontwijden
- zouden ontwijden
- zouden ontwijden
- zouden ontwijden
Perfectum
- heb ontwijd
- hebt ontwijd
- heeft ontwijd
- hebben ontwijd
- hebben ontwijd
- hebben ontwijd
Voltooid verleden tijd
- had ontwijd
- had ontwijd
- had ontwijd
- hadden ontwijd
- hadden ontwijd
- hadden ontwijd
Toekomende tijd II
- zal ontwijd hebben
- zult ontwijd hebben
- zal ontwijd hebben
- zullen ontwijd hebben
- zullen ontwijd hebben
- zullen ontwijd hebben
Conditionalis II
- zou hebben ontwijd
- zou hebben ontwijd
- zou hebben ontwijd
- zouden hebben ontwijd
- zouden hebben ontwijd
- zouden hebben ontwijd
Imperatief
- -
- ontwijd
- -
- -
- ontwijdt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries