Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
luchtvaart [v]
- orten
- fliegen
nautisch [v]
- steuern
- fahren
ENGELS
luchtvaart [v]
- navigate
nautisch [v]
- navigate
- sail
FRANS
luchtvaart [v]
- naviguer
nautisch [v]
- naviguer
ITALIAANS
luchtvaart [v]
- pilotare
nautisch [v]
- navigare
SPAANS
luchtvaart [v]
- navegar
nautisch [v]
- navegar
ZWEEDS
luchtvaart [v]
- flyga
- föra
nautisch [v]
- navigera
PORTUGEES
luchtvaart [v]
- pilotar
- navegar
nautisch [v]
- navegar
THESAURUS
varen [v]
- kanoën
- naar zee gaan
- roeien
- zeilen
sturen [v]
- laveren
- loodsen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- navigerend
- genavigeerd
Presens
- navigeer
- navigeert
- navigeert
- navigeren
- navigeren
- navigeren
Imperfect
- navigeerde
- navigeerde
- navigeerde
- navigeerden
- navigeerden
- navigeerden
Toekomende tijd I
- zal navigeren
- zult navigeren
- zal navigeren
- zullen navigeren
- zullen navigeren
- zullen navigeren
Conditionalis I
- zou navigeren
- zou navigeren
- zou navigeren
- zouden navigeren
- zouden navigeren
- zouden navigeren
Perfectum
- heb genavigeerd
- hebt genavigeerd
- heeft genavigeerd
- hebben genavigeerd
- hebben genavigeerd
- hebben genavigeerd
Voltooid verleden tijd
- had genavigeerd
- had genavigeerd
- had genavigeerd
- hadden genavigeerd
- hadden genavigeerd
- hadden genavigeerd
Toekomende tijd II
- zal genavigeerd hebben
- zult genavigeerd hebben
- zal genavigeerd hebben
- zullen genavigeerd hebben
- zullen genavigeerd hebben
- zullen genavigeerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben genavigeerd
- zou hebben genavigeerd
- zou hebben genavigeerd
- zouden hebben genavigeerd
- zouden hebben genavigeerd
- zouden hebben genavigeerd
Imperatief
- -
- navigeer
- -
- -
- navigeert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries