Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
algemeen [n]
- Leben [n]
zijn [n]
- Leben [n]
- Sein [n]
verblijfplaats [v]
- wohnen
- leben
persoon [v]
- leben
ENGELS
algemeen [n]
- life
zijn [n]
- being
- existing
- living
verblijfplaats [v]
- live
- reside [formal]
- dwell [literature]
persoon [v]
- live
- be alive
FRANS
algemeen [n]
- vie [f]
zijn [n]
- être [m]
- vie [f]
verblijfplaats [v]
- demeurer
- habiter
- résider
persoon [v]
- vivre
ITALIAANS
algemeen [n]
- vita [f]
zijn [n]
- essere [m]
- esistenza [f]
- vita [f]
verblijfplaats [v]
- vivere
- abitare
- risiedere
- dimorare
persoon [v]
- vivere
- essere in vita
SPAANS
algemeen [n]
- vida [f]
zijn [n]
- existencia [f]
- vida [f]
verblijfplaats [v]
- vivir
- residir
- habitar
persoon [v]
- vivir
- estar vivo
ZWEEDS
algemeen [n]
- liv [n]
zijn [n]
- tillvaro [u]
- existens [u]
- liv [n]
verblijfplaats [v]
- bo
- vara bosatt
persoon [v]
- leva
PORTUGEES
algemeen [n]
- vida [f]
zijn [n]
- ser [m]
- existir [m]
- viver [m]
verblijfplaats [v]
- morar
- residir [formal]
- habitar
persoon [v]
- viver
- estar vivo
THESAURUS
bestaan [n]
- zijn
bedrijvigheid [n]
- bezieling
doen en laten [n]
- levensloop
- levenswijze
drukte [n]
- herrie
- kabaal
- lawaai
- rumoer
bestaan [v]
existeren [v]
- zijn
voortbestaan [v]
- voortleven
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- levend
- geleefd
Presens
- leef
- leeft
- leeft
- leven
- leven
- leven
Imperfect
- leefde
- leefde
- leefde
- leefden
- leefden
- leefden
Toekomende tijd I
- zal leven
- zult leven
- zal leven
- zullen leven
- zullen leven
- zullen leven
Conditionalis I
- zou leven
- zou leven
- zou leven
- zouden leven
- zouden leven
- zouden leven
Perfectum
- heb geleefd
- hebt geleefd
- heeft geleefd
- hebben geleefd
- hebben geleefd
- hebben geleefd
Voltooid verleden tijd
- had geleefd
- had geleefd
- had geleefd
- hadden geleefd
- hadden geleefd
- hadden geleefd
Toekomende tijd II
- zal geleefd hebben
- zult geleefd hebben
- zal geleefd hebben
- zullen geleefd hebben
- zullen geleefd hebben
- zullen geleefd hebben
Conditionalis II
- zou hebben geleefd
- zou hebben geleefd
- zou hebben geleefd
- zouden hebben geleefd
- zouden hebben geleefd
- zouden hebben geleefd
Imperatief
- -
- leef
- -
- -
- leeft
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries