Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
algemeen [v]
- geben
overhandigen [v]
- geben
geschenk [v]
- geben
- schenken
voldoening [v]
- beibringen
spelen - kaarten [v]
- geben
voorwerp [v]
- geben
- reichen
landbouw [v]
- tragen
wiskunde [v]
- lassen
voorwerpen [v]
- reichen
ENGELS
algemeen [v]
- give
overhandigen [v]
- render [formal]
geschenk [v]
- give
voldoening [v]
- bring
- give
spelen - kaarten [v]
- deal
voorwerp [v]
- reach
- give
- pass
landbouw [v]
- bear
wiskunde [v]
- suppose
- let [formal]
voorwerpen [v]
- hand
- give
FRANS
algemeen [v]
- donner
overhandigen [v]
- rendre
- remettre
- présenter
geschenk [v]
- donner
- offrir
voldoening [v]
- apporter
spelen - kaarten [v]
- faire la donne
- distribuer
voorwerp [v]
- passer
- attraper
landbouw [v]
- porter
- donner
wiskunde [v]
- supposer
voorwerpen [v]
- passer
- donner
ITALIAANS
algemeen [v]
- dare
overhandigen [v]
- rendere
- dare
geschenk [v]
- dare
- donare
- regalare
voldoening [v]
- portare
- dare
spelen - kaarten [v]
- dare
- fare
voorwerp [v]
- passare
- porgere
- allungare
landbouw [v]
- produrre
- dare
wiskunde [v]
- supporre
- dare
voorwerpen [v]
- passare
- dare
SPAANS
algemeen [v]
- dar
overhandigen [v]
- rendir
- dar
geschenk [v]
- regalar
voldoening [v]
- dar
- traer
spelen - kaarten [v]
- dar
- repartir
voorwerp [v]
- alcanzar
- pasar
- dar
landbouw [v]
- rendir
- producir
wiskunde [v]
- suponer
voorwerpen [v]
- entregar
- dar
ZWEEDS
algemeen [v]
- ge
overhandigen [v]
- överlämna
geschenk [v]
- ge
- skänka
voldoening [v]
- bringa
- ge
spelen - kaarten [v]
- ge
voorwerp [v]
- räcka
- ge
landbouw [v]
- bära
wiskunde [v]
- anta
voorwerpen [v]
- räcka
- ge
PORTUGEES
algemeen [v]
- dar
overhandigen [v]
- apresentar
- relatar
geschenk [v]
- dar
voldoening [v]
- trazer
- proporcionar
spelen - kaarten [v]
- dar
- distribuir
voorwerp [v]
- alcançar
- passar
landbouw [v]
- dar
- produzir
wiskunde [v]
- supor
voorwerpen [v]
- entregar
- dar
THESAURUS
aangeven [v]
- aanreiken
- overhandigen
bezorgen [v]
- leveren
- verschaffen
- verstrekken
aanbieden [v]
- afstaan
- cadeau doen
- schenken
houden [v]
- organiseren
hechten aan [v]
- houden van
lenen [v]
- aanbieden
- helpen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- gevend
- gegeven
Presens
- geef
- geeft
- geeft
- geven
- geven
- geven
Imperfect
- gaf
- gaf
- gaf
- gaven
- gaven
- gaven
Toekomende tijd I
- zal geven
- zult geven
- zal geven
- zullen geven
- zullen geven
- zullen geven
Conditionalis I
- zou geven
- zou geven
- zou geven
- zouden geven
- zouden geven
- zouden geven
Perfectum
- heb gegeven
- hebt gegeven
- heeft gegeven
- hebben gegeven
- hebben gegeven
- hebben gegeven
Voltooid verleden tijd
- had gegeven
- had gegeven
- had gegeven
- hadden gegeven
- hadden gegeven
- hadden gegeven
Toekomende tijd II
- zal gegeven hebben
- zult gegeven hebben
- zal gegeven hebben
- zullen gegeven hebben
- zullen gegeven hebben
- zullen gegeven hebben
Conditionalis II
- zou hebben gegeven
- zou hebben gegeven
- zou hebben gegeven
- zouden hebben gegeven
- zouden hebben gegeven
- zouden hebben gegeven
Imperatief
- -
- geef
- -
- -
- geeft
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries