Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
gedicht [v]
- rezitieren
- vortragen
- aufsagen
ENGELS
gedicht [v]
- recite
- declaim
- repeat
FRANS
gedicht [v]
- réciter
- déclamer
ITALIAANS
gedicht [v]
- recitare
SPAANS
gedicht [v]
- recitar
ZWEEDS
gedicht [v]
- deklamera
- recitera
PORTUGEES
gedicht [v]
- recitar
- declamar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- declamerend
- gedeclameerd
Presens
- declameer
- declameert
- declameert
- declameren
- declameren
- declameren
Imperfect
- declameerde
- declameerde
- declameerde
- declameerden
- declameerden
- declameerden
Toekomende tijd I
- zal declameren
- zult declameren
- zal declameren
- zullen declameren
- zullen declameren
- zullen declameren
Conditionalis I
- zou declameren
- zou declameren
- zou declameren
- zouden declameren
- zouden declameren
- zouden declameren
Perfectum
- heb gedeclameerd
- hebt gedeclameerd
- heeft gedeclameerd
- hebben gedeclameerd
- hebben gedeclameerd
- hebben gedeclameerd
Voltooid verleden tijd
- had gedeclameerd
- had gedeclameerd
- had gedeclameerd
- hadden gedeclameerd
- hadden gedeclameerd
- hadden gedeclameerd
Toekomende tijd II
- zal gedeclameerd hebben
- zult gedeclameerd hebben
- zal gedeclameerd hebben
- zullen gedeclameerd hebben
- zullen gedeclameerd hebben
- zullen gedeclameerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben gedeclameerd
- zou hebben gedeclameerd
- zou hebben gedeclameerd
- zouden hebben gedeclameerd
- zouden hebben gedeclameerd
- zouden hebben gedeclameerd
Imperatief
- -
- declameer
- -
- -
- declameert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries