Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
twijfel [v]
- fråga sig
- undra
- tvivla
- ifrågasätta
- dra i vittnesmål
onzeker zijn van [v]
- tvivla på
- tvivla
wantrouwen [v]
- misstro
- betvivla
- tvivla på
PORTUGEES
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- betwijfelend
- betwijfeld
Presens
- betwijfel
- betwijfelt
- betwijfelt
- betwijfelen
- betwijfelen
- betwijfelen
Imperfect
- betwijfelde
- betwijfelde
- betwijfelde
- betwijfelden
- betwijfelden
- betwijfelden
Toekomende tijd I
- zal betwijfelen
- zult betwijfelen
- zal betwijfelen
- zullen betwijfelen
- zullen betwijfelen
- zullen betwijfelen
Conditionalis I
- zou betwijfelen
- zou betwijfelen
- zou betwijfelen
- zouden betwijfelen
- zouden betwijfelen
- zouden betwijfelen
Perfectum
- heb betwijfeld
- hebt betwijfeld
- heeft betwijfeld
- hebben betwijfeld
- hebben betwijfeld
- hebben betwijfeld
Voltooid verleden tijd
- had betwijfeld
- had betwijfeld
- had betwijfeld
- hadden betwijfeld
- hadden betwijfeld
- hadden betwijfeld
Toekomende tijd II
- zal betwijfeld hebben
- zult betwijfeld hebben
- zal betwijfeld hebben
- zullen betwijfeld hebben
- zullen betwijfeld hebben
- zullen betwijfeld hebben
Conditionalis II
- zou hebben betwijfeld
- zou hebben betwijfeld
- zou hebben betwijfeld
- zouden hebben betwijfeld
- zouden hebben betwijfeld
- zouden hebben betwijfeld
Imperatief
- -
- betwijfel
- -
- -
- betwijfelt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries