achtervolging [v]
- nachsetzen
- hinterherjagen
misdadiger [v]
- jagen
- nachgehen
- verfolgen

achtervolging [v]
- chase
- run after
misdadiger [v]
- chase
- pursue
- hunt down

achtervolging [v]
- poursuivre
misdadiger [v]
- poursuivre
- pourchasser
- chasser

achtervolging [v]
- dare la caccia a
- inseguire
misdadiger [v]
- inseguire
- rincorrere

achtervolging [v]
- perseguir a
misdadiger [v]
- perseguir
- seguir

achtervolging [v]
- jaga
misdadiger [v]
- jaga
- förfölja
- springa efter

achtervolging [v]
- caçar
- perseguir
misdadiger [v]
- perseguir
- caçar
- seguir a pista de

achtervolgen [v]
- volgen
najagen [v]
- achtervolgen

Tegenwoordig en verleden deelwoord
- achternazittend
- achternagezeten
Presens
- zit achterna
- zit achterna
- zit achterna
- zitten achterna
- zitten achterna
- zitten achterna
Imperfect
- zat achterna
- zat achterna
- zat achterna
- zaten achterna
- zaten achterna
- zaten achterna
Toekomende tijd I
- zal achternazitten
- zult achternazitten
- zal achternazitten
- zullen achternazitten
- zullen achternazitten
- zullen achternazitten
Conditionalis I
- zou achternazitten
- zou achternazitten
- zou achternazitten
- zouden achternazitten
- zouden achternazitten
- zouden achternazitten
Perfectum
- heb achternagezeten
- hebt achternagezeten
- heeft achternagezeten
- hebben achternagezeten
- hebben achternagezeten
- hebben achternagezeten
Voltooid verleden tijd
- had achternagezeten
- had achternagezeten
- had achternagezeten
- hadden achternagezeten
- hadden achternagezeten
- hadden achternagezeten
Toekomende tijd II
- zal achternagezeten hebben
- zult achternagezeten hebben
- zal achternagezeten hebben
- zullen achternagezeten hebben
- zullen achternagezeten hebben
- zullen achternagezeten hebben
Conditionalis II
- zou hebben achternagezeten
- zou hebben achternagezeten
- zou hebben achternagezeten
- zouden hebben achternagezeten
- zouden hebben achternagezeten
- zouden hebben achternagezeten
Imperatief
- -
- zit achterna
- -
- -
- zit achterna
- -