Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
bewijzen [v]
- beweisen
- demonstrieren
ENGELS
bewijzen [v]
- prove
- demonstrate
FRANS
bewijzen [v]
- démontrer
- prouver
ITALIAANS
bewijzen [v]
- dimostrare
- provare
SPAANS
bewijzen [v]
- probar
- demostrar
ZWEEDS
bewijzen [v]
- bevisa
- demonstrera
PORTUGEES
bewijzen [v]
- provar
- demonstrar
THESAURUS
bewijzen [v]
aanwijzen [v]
aanduiden [v]
- aangeven
- laten zien
demonstreren [v]
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- aantonend
- aangetoond
Presens
- toon aan
- toont aan
- toont aan
- tonen aan
- tonen aan
- tonen aan
Imperfect
- toonde aan
- toonde aan
- toonde aan
- toonden aan
- toonden aan
- toonden aan
Toekomende tijd I
- zal aantonen
- zult aantonen
- zal aantonen
- zullen aantonen
- zullen aantonen
- zullen aantonen
Conditionalis I
- zou aantonen
- zou aantonen
- zou aantonen
- zouden aantonen
- zouden aantonen
- zouden aantonen
Perfectum
- heb aangetoond
- hebt aangetoond
- heeft aangetoond
- hebben aangetoond
- hebben aangetoond
- hebben aangetoond
Voltooid verleden tijd
- had aangetoond
- had aangetoond
- had aangetoond
- hadden aangetoond
- hadden aangetoond
- hadden aangetoond
Toekomende tijd II
- zal aangetoond hebben
- zult aangetoond hebben
- zal aangetoond hebben
- zullen aangetoond hebben
- zullen aangetoond hebben
- zullen aangetoond hebben
Conditionalis II
- zou hebben aangetoond
- zou hebben aangetoond
- zou hebben aangetoond
- zouden hebben aangetoond
- zouden hebben aangetoond
- zouden hebben aangetoond
Imperatief
- -
- toon aan
- -
- -
- toont aan
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries