Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
FRANS
patiënt [v]
- soigner
- prendre soin de
ITALIAANS
SPAANS
patiënt [v]
- cuidar
- atender
- ocuparse de
ZWEEDS
patiënt [v]
- sköta
- vårda
PORTUGEES
patiënt [v]
- cuidar
- assistir
- tratar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- verplegend
- verpleegd
Presens
- verpleeg
- verpleegt
- verpleegt
- verplegen
- verplegen
- verplegen
Imperfect
- verpleegde
- verpleegde
- verpleegde
- verpleegden
- verpleegden
- verpleegden
Toekomende tijd I
- zal verplegen
- zult verplegen
- zal verplegen
- zullen verplegen
- zullen verplegen
- zullen verplegen
Conditionalis I
- zou verplegen
- zou verplegen
- zou verplegen
- zouden verplegen
- zouden verplegen
- zouden verplegen
Perfectum
- heb verpleegd
- hebt verpleegd
- heeft verpleegd
- hebben verpleegd
- hebben verpleegd
- hebben verpleegd
Voltooid verleden tijd
- had verpleegd
- had verpleegd
- had verpleegd
- hadden verpleegd
- hadden verpleegd
- hadden verpleegd
Toekomende tijd II
- zal verpleegd hebben
- zult verpleegd hebben
- zal verpleegd hebben
- zullen verpleegd hebben
- zullen verpleegd hebben
- zullen verpleegd hebben
Conditionalis II
- zou hebben verpleegd
- zou hebben verpleegd
- zou hebben verpleegd
- zouden hebben verpleegd
- zouden hebben verpleegd
- zouden hebben verpleegd
Imperatief
- -
- verpleeg
- -
- -
- verpleegt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries