Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
algemeen [v]
- protrude
oog [v]
- pop out [informal]
hoeveelheid [v]
- bulge with
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
algemeen [v]
- sobresalir
- sacar
oog [v]
- saltar
hoeveelheid [v]
- estar lleno de
- estar repleto de
ZWEEDS
algemeen [v]
- skjuta fram
- stå ut
oog [v]
- stirra ögonen ur sig
hoeveelheid [v]
- puta ut med
PORTUGEES
algemeen [v]
- projetar
- sobressair
oog [v]
- saltar
hoeveelheid [v]
- estar repleto de
- estar estufado de
THESAURUS
bol staan [v]
- opbollen
- uitstulpen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- uitpuilend
- uitgepuild
Presens
- puil uit
- puilt uit
- puilt uit
- puilen uit
- puilen uit
- puilen uit
Imperfect
- puilde uit
- puilde uit
- puilde uit
- puilden uit
- puilden uit
- puilden uit
Toekomende tijd I
- zal uitpuilen
- zult uitpuilen
- zal uitpuilen
- zullen uitpuilen
- zullen uitpuilen
- zullen uitpuilen
Conditionalis I
- zou uitpuilen
- zou uitpuilen
- zou uitpuilen
- zouden uitpuilen
- zouden uitpuilen
- zouden uitpuilen
Perfectum
- heb uitgepuild
- hebt uitgepuild
- heeft uitgepuild
- hebben uitgepuild
- hebben uitgepuild
- hebben uitgepuild
Voltooid verleden tijd
- had uitgepuild
- had uitgepuild
- had uitgepuild
- hadden uitgepuild
- hadden uitgepuild
- hadden uitgepuild
Toekomende tijd II
- zal uitgepuild hebben
- zult uitgepuild hebben
- zal uitgepuild hebben
- zullen uitgepuild hebben
- zullen uitgepuild hebben
- zullen uitgepuild hebben
Conditionalis II
- zou hebben uitgepuild
- zou hebben uitgepuild
- zou hebben uitgepuild
- zouden hebben uitgepuild
- zouden hebben uitgepuild
- zouden hebben uitgepuild
Imperatief
- -
- puil uit
- -
- -
- puilt uit
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries