Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
algemeen [v]
- schnattern
ENGELS
algemeen [v]
- gaggle
FRANS
algemeen [v]
- cacarder
ITALIAANS
algemeen [v]
- schiamazzare
SPAANS
algemeen [v]
- graznar
ZWEEDS
algemeen [v]
- snattra
PORTUGEES
algemeen [v]
- falar pelos cotovelos
THESAURUS
gakken [v]
- kwaken
- kwekken
babbelen [v]
- kleppen
- kwebbelen
- ratelen
- rebbelen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- snaterend
- gesnaterd
Presens
- snater
- snatert
- snatert
- snateren
- snateren
- snateren
Imperfect
- snaterde
- snaterde
- snaterde
- snaterden
- snaterden
- snaterden
Toekomende tijd I
- zal snateren
- zult snateren
- zal snateren
- zullen snateren
- zullen snateren
- zullen snateren
Conditionalis I
- zou snateren
- zou snateren
- zou snateren
- zouden snateren
- zouden snateren
- zouden snateren
Perfectum
- heb gesnaterd
- hebt gesnaterd
- heeft gesnaterd
- hebben gesnaterd
- hebben gesnaterd
- hebben gesnaterd
Voltooid verleden tijd
- had gesnaterd
- had gesnaterd
- had gesnaterd
- hadden gesnaterd
- hadden gesnaterd
- hadden gesnaterd
Toekomende tijd II
- zal gesnaterd hebben
- zult gesnaterd hebben
- zal gesnaterd hebben
- zullen gesnaterd hebben
- zullen gesnaterd hebben
- zullen gesnaterd hebben
Conditionalis II
- zou hebben gesnaterd
- zou hebben gesnaterd
- zou hebben gesnaterd
- zouden hebben gesnaterd
- zouden hebben gesnaterd
- zouden hebben gesnaterd
Imperatief
- -
- snater
- -
- -
- snatert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries