Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
aanspraak maken op [v]
- fordern
- beanspruchen
- Anspruch erheben auf
ENGELS
aanspraak maken op [v]
- claim
- demand
FRANS
aanspraak maken op [v]
- revendiquer
- réclamer
ITALIAANS
aanspraak maken op [v]
- esigere
- reclamare
- pretendere
SPAANS
aanspraak maken op [v]
- reclamar
- demandar
ZWEEDS
aanspraak maken op [v]
- fordra
- kräva
PORTUGEES
aanspraak maken op [v]
- exigir
- reclamar
THESAURUS
eisen [v]
- opvorderen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- opeisend
- opgeëist
Presens
- eis op
- eist op
- eist op
- eisen op
- eisen op
- eisen op
Imperfect
- eiste op
- eiste op
- eiste op
- eisten op
- eisten op
- eisten op
Toekomende tijd I
- zal opeisen
- zult opeisen
- zal opeisen
- zullen opeisen
- zullen opeisen
- zullen opeisen
Conditionalis I
- zou opeisen
- zou opeisen
- zou opeisen
- zouden opeisen
- zouden opeisen
- zouden opeisen
Perfectum
- heb opgeëist
- hebt opgeëist
- heeft opgeëist
- hebben opgeëist
- hebben opgeëist
- hebben opgeëist
Voltooid verleden tijd
- had opgeëist
- had opgeëist
- had opgeëist
- hadden opgeëist
- hadden opgeëist
- hadden opgeëist
Toekomende tijd II
- zal opgeëist hebben
- zult opgeëist hebben
- zal opgeëist hebben
- zullen opgeëist hebben
- zullen opgeëist hebben
- zullen opgeëist hebben
Conditionalis II
- zou hebben opgeëist
- zou hebben opgeëist
- zou hebben opgeëist
- zouden hebben opgeëist
- zouden hebben opgeëist
- zouden hebben opgeëist
Imperatief
- -
- eis op
- -
- -
- eist op
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries