Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
voorwerpen [v]
- plunk
- plonk
- slam down
- slap down
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
voorwerpen [v]
- dejar caer
- tirar
- arrojar
ZWEEDS
PORTUGEES
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- neersmijtend
- neergesmeten
Presens
- smijt neer
- smijt neer
- smijt neer
- smijten neer
- smijten neer
- smijten neer
Imperfect
- smeet neer
- smeet neer
- smeet neer
- smeten neer
- smeten neer
- smeten neer
Toekomende tijd I
- zal neersmijten
- zult neersmijten
- zal neersmijten
- zullen neersmijten
- zullen neersmijten
- zullen neersmijten
Conditionalis I
- zou neersmijten
- zou neersmijten
- zou neersmijten
- zouden neersmijten
- zouden neersmijten
- zouden neersmijten
Perfectum
- heb neergesmeten
- hebt neergesmeten
- heeft neergesmeten
- hebben neergesmeten
- hebben neergesmeten
- hebben neergesmeten
Voltooid verleden tijd
- had neergesmeten
- had neergesmeten
- had neergesmeten
- hadden neergesmeten
- hadden neergesmeten
- hadden neergesmeten
Toekomende tijd II
- zal neergesmeten hebben
- zult neergesmeten hebben
- zal neergesmeten hebben
- zullen neergesmeten hebben
- zullen neergesmeten hebben
- zullen neergesmeten hebben
Conditionalis II
- zou hebben neergesmeten
- zou hebben neergesmeten
- zou hebben neergesmeten
- zouden hebben neergesmeten
- zouden hebben neergesmeten
- zouden hebben neergesmeten
Imperatief
- -
- smijt neer
- -
- -
- smijt neer
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries