Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
persoon [v]
- motivieren
- anspornen
ENGELS
persoon [v]
- motivate
FRANS
persoon [v]
- pousser
- inciter à
ITALIAANS
persoon [v]
- spingere
- stimolare
- indurre
SPAANS
persoon [v]
- motivar
- incitar
ZWEEDS
persoon [v]
- motivera
- sporra
PORTUGEES
persoon [v]
- motivar
- estimular
THESAURUS
beredeneren [v]
- staven
- toelichten
- verklaren
aanzetten [v]
- prikkelen
- stimuleren
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- motiverend
- gemotiveerd
Presens
- motiveer
- motiveert
- motiveert
- motiveren
- motiveren
- motiveren
Imperfect
- motiveerde
- motiveerde
- motiveerde
- motiveerden
- motiveerden
- motiveerden
Toekomende tijd I
- zal motiveren
- zult motiveren
- zal motiveren
- zullen motiveren
- zullen motiveren
- zullen motiveren
Conditionalis I
- zou motiveren
- zou motiveren
- zou motiveren
- zouden motiveren
- zouden motiveren
- zouden motiveren
Perfectum
- heb gemotiveerd
- hebt gemotiveerd
- heeft gemotiveerd
- hebben gemotiveerd
- hebben gemotiveerd
- hebben gemotiveerd
Voltooid verleden tijd
- had gemotiveerd
- had gemotiveerd
- had gemotiveerd
- hadden gemotiveerd
- hadden gemotiveerd
- hadden gemotiveerd
Toekomende tijd II
- zal gemotiveerd hebben
- zult gemotiveerd hebben
- zal gemotiveerd hebben
- zullen gemotiveerd hebben
- zullen gemotiveerd hebben
- zullen gemotiveerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben gemotiveerd
- zou hebben gemotiveerd
- zou hebben gemotiveerd
- zouden hebben gemotiveerd
- zouden hebben gemotiveerd
- zouden hebben gemotiveerd
Imperatief
- -
- motiveer
- -
- -
- motiveert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries