Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
plannen [v]
- verabreden
- vereinbaren
ENGELS
plannen [v]
- arrange
- settle
- decide on
- fix
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
plannen [v]
- planear
- planificar
- arreglar
ZWEEDS
plannen [v]
- avtala
- komma överens om
PORTUGEES
THESAURUS
beredderen [v]
- regelen
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- bedisselend
- bedisseld
Presens
- bedissel
- bedisselt
- bedisselt
- bedisselen
- bedisselen
- bedisselen
Imperfect
- bedisselde
- bedisselde
- bedisselde
- bedisselden
- bedisselden
- bedisselden
Toekomende tijd I
- zal bedisselen
- zult bedisselen
- zal bedisselen
- zullen bedisselen
- zullen bedisselen
- zullen bedisselen
Conditionalis I
- zou bedisselen
- zou bedisselen
- zou bedisselen
- zouden bedisselen
- zouden bedisselen
- zouden bedisselen
Perfectum
- heb bedisseld
- hebt bedisseld
- heeft bedisseld
- hebben bedisseld
- hebben bedisseld
- hebben bedisseld
Voltooid verleden tijd
- had bedisseld
- had bedisseld
- had bedisseld
- hadden bedisseld
- hadden bedisseld
- hadden bedisseld
Toekomende tijd II
- zal bedisseld hebben
- zult bedisseld hebben
- zal bedisseld hebben
- zullen bedisseld hebben
- zullen bedisseld hebben
- zullen bedisseld hebben
Conditionalis II
- zou hebben bedisseld
- zou hebben bedisseld
- zou hebben bedisseld
- zouden hebben bedisseld
- zouden hebben bedisseld
- zouden hebben bedisseld
Imperatief
- -
- bedissel
- -
- -
- bedisselt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries