Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
vergadering [v]
- den Vorsitz haben
ENGELS
vergadering [v]
- preside [formal]
FRANS
vergadering [v]
- présider
ITALIAANS
vergadering [v]
- presiedere
SPAANS
vergadering [v]
- presidir
ZWEEDS
vergadering [v]
- presidera
PORTUGEES
vergadering [v]
- presidir
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- voorzittend
- voorgezeten
Presens
- zit voor
- zit voor
- zit voor
- zitten voor
- zitten voor
- zitten voor
Imperfect
- zat voor
- zat voor
- zat voor
- zaten voor
- zaten voor
- zaten voor
Toekomende tijd I
- zal voorzitten
- zult voorzitten
- zal voorzitten
- zullen voorzitten
- zullen voorzitten
- zullen voorzitten
Conditionalis I
- zou voorzitten
- zou voorzitten
- zou voorzitten
- zouden voorzitten
- zouden voorzitten
- zouden voorzitten
Perfectum
- heb voorgezeten
- hebt voorgezeten
- heeft voorgezeten
- hebben voorgezeten
- hebben voorgezeten
- hebben voorgezeten
Voltooid verleden tijd
- had voorgezeten
- had voorgezeten
- had voorgezeten
- hadden voorgezeten
- hadden voorgezeten
- hadden voorgezeten
Toekomende tijd II
- zal voorgezeten hebben
- zult voorgezeten hebben
- zal voorgezeten hebben
- zullen voorgezeten hebben
- zullen voorgezeten hebben
- zullen voorgezeten hebben
Conditionalis II
- zou hebben voorgezeten
- zou hebben voorgezeten
- zou hebben voorgezeten
- zouden hebben voorgezeten
- zouden hebben voorgezeten
- zouden hebben voorgezeten
Imperatief
- -
- zit voor
- -
- -
- zit voor
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries