Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
groep [v]
- ostracize
- banish
persoon [v]
- eject [formal]
- throw out
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
groep [v]
- utesluta
- frysa ut
persoon [v]
- kasta ut
- köra bort
PORTUGEES
groep [v]
- banir
- expulsar
persoon [v]
- expulsar
- botar para fora
THESAURUS
bannen [v]
- uitbannen
- verdrijven
- verstoten
uitbrengen [v]
- uiten
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- uitstotend
- uitgestoten
Presens
- stoot uit
- stoot uit
- stoot uit
- stoten uit
- stoten uit
- stoten uit
Imperfect
- stiet uit
- stiet uit
- stiet uit
- stieten uit
- stieten uit
- stieten uit
Toekomende tijd I
- zal uitstoten
- zult uitstoten
- zal uitstoten
- zullen uitstoten
- zullen uitstoten
- zullen uitstoten
Conditionalis I
- zou uitstoten
- zou uitstoten
- zou uitstoten
- zouden uitstoten
- zouden uitstoten
- zouden uitstoten
Perfectum
- heb uitgestoten
- hebt uitgestoten
- heeft uitgestoten
- hebben uitgestoten
- hebben uitgestoten
- hebben uitgestoten
Voltooid verleden tijd
- had uitgestoten
- had uitgestoten
- had uitgestoten
- hadden uitgestoten
- hadden uitgestoten
- hadden uitgestoten
Toekomende tijd II
- zal uitgestoten hebben
- zult uitgestoten hebben
- zal uitgestoten hebben
- zullen uitgestoten hebben
- zullen uitgestoten hebben
- zullen uitgestoten hebben
Conditionalis II
- zou hebben uitgestoten
- zou hebben uitgestoten
- zou hebben uitgestoten
- zouden hebben uitgestoten
- zouden hebben uitgestoten
- zouden hebben uitgestoten
Imperatief
- -
- stoot uit
- -
- -
- stoot uit
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries