Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
wiskunde [n]
- Tabellarisierung [f]
ENGELS
wiskunde [n]
- tabulation
FRANS
ITALIAANS
wiskunde [n]
- tabulazione [f]
SPAANS
wiskunde [n]
- tabulación [f]
ZWEEDS
PORTUGEES
wiskunde [n]
- tabulação [f]
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- tabelerend
- getabeleerd
Presens
- tabeleer
- tabeleert
- tabeleert
- tabeleren
- tabeleren
- tabeleren
Imperfect
- tabeleerde
- tabeleerde
- tabeleerde
- tabeleerden
- tabeleerden
- tabeleerden
Toekomende tijd I
- zal tabeleren
- zult tabeleren
- zal tabeleren
- zullen tabeleren
- zullen tabeleren
- zullen tabeleren
Conditionalis I
- zou tabeleren
- zou tabeleren
- zou tabeleren
- zouden tabeleren
- zouden tabeleren
- zouden tabeleren
Perfectum
- heb getabeleerd
- hebt getabeleerd
- heeft getabeleerd
- hebben getabeleerd
- hebben getabeleerd
- hebben getabeleerd
Voltooid verleden tijd
- had getabeleerd
- had getabeleerd
- had getabeleerd
- hadden getabeleerd
- hadden getabeleerd
- hadden getabeleerd
Toekomende tijd II
- zal getabeleerd hebben
- zult getabeleerd hebben
- zal getabeleerd hebben
- zullen getabeleerd hebben
- zullen getabeleerd hebben
- zullen getabeleerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben getabeleerd
- zou hebben getabeleerd
- zou hebben getabeleerd
- zouden hebben getabeleerd
- zouden hebben getabeleerd
- zouden hebben getabeleerd
Imperatief
- -
- tabeleer
- -
- -
- tabeleert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries