Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
sport [n]
- skating
FRANS
sport [n]
- patinage [m]
ITALIAANS
sport [n]
- pattinaggio [m]
SPAANS
sport [n]
- patinaje [m]
ZWEEDS
PORTUGEES
sport [n]
- patinação [f]
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- schaatsenrijdend
- schaatsengereden
Presens
- rijd schaatsen
- rijdt schaatsen
- rijdt schaatsen
- rijden schaatsen
- rijden schaatsen
- rijden schaatsen
Imperfect
- reed schaatsen
- reed schaatsen
- reed schaatsen
- reden schaatsen
- reden schaatsen
- reden schaatsen
Toekomende tijd I
- zal schaatsenrijden
- zult schaatsenrijden
- zal schaatsenrijden
- zullen schaatsenrijden
- zullen schaatsenrijden
- zullen schaatsenrijden
Conditionalis I
- zou schaatsenrijden
- zou schaatsenrijden
- zou schaatsenrijden
- zouden schaatsenrijden
- zouden schaatsenrijden
- zouden schaatsenrijden
Perfectum
- heb schaatsengereden
- hebt schaatsengereden
- heeft schaatsengereden
- hebben schaatsengereden
- hebben schaatsengereden
- hebben schaatsengereden
Voltooid verleden tijd
- had schaatsengereden
- had schaatsengereden
- had schaatsengereden
- hadden schaatsengereden
- hadden schaatsengereden
- hadden schaatsengereden
Toekomende tijd II
- zal schaatsengereden hebben
- zult schaatsengereden hebben
- zal schaatsengereden hebben
- zullen schaatsengereden hebben
- zullen schaatsengereden hebben
- zullen schaatsengereden hebben
Conditionalis II
- zou hebben schaatsengereden
- zou hebben schaatsengereden
- zou hebben schaatsengereden
- zouden hebben schaatsengereden
- zouden hebben schaatsengereden
- zouden hebben schaatsengereden
Imperatief
- -
- rijd schaatsen
- -
- -
- rijdt schaatsen
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries