Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
argument [n]
- Grund [m]
- Motiv [n]
grond [n]
- Grund [m]
- Ursache [f]
ENGELS
argument [n]
- argument
- reason
grond [n]
- reason
- cause
- grounds
FRANS
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
PORTUGEES
THESAURUS
grond [n]
- oorzaak
argument [n]
- beweegreden
- drijfveer
- motief
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- redend
- gereed
Presens
- reed
- reedt
- reedt
- reden
- reden
- reden
Imperfect
- reedde
- reedde
- reedde
- reedden
- reedden
- reedden
Toekomende tijd I
- zal reden
- zult reden
- zal reden
- zullen reden
- zullen reden
- zullen reden
Conditionalis I
- zou reden
- zou reden
- zou reden
- zouden reden
- zouden reden
- zouden reden
Perfectum
- heb gereed
- hebt gereed
- heeft gereed
- hebben gereed
- hebben gereed
- hebben gereed
Voltooid verleden tijd
- had gereed
- had gereed
- had gereed
- hadden gereed
- hadden gereed
- hadden gereed
Toekomende tijd II
- zal gereed hebben
- zult gereed hebben
- zal gereed hebben
- zullen gereed hebben
- zullen gereed hebben
- zullen gereed hebben
Conditionalis II
- zou hebben gereed
- zou hebben gereed
- zou hebben gereed
- zouden hebben gereed
- zouden hebben gereed
- zouden hebben gereed
Imperatief
- -
- reed
- -
- -
- reedt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries