Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
intentie [v]
- planen
- sich vornehmen
familie [v]
- planen
toekomst [v]
- planen
- vorausplanen
ENGELS
intentie [v]
- plan
familie [v]
- space out
toekomst [v]
- look ahead
- plan
FRANS
intentie [v]
- projeter
familie [v]
- répartir
- étaler
- espacer
- planifier
toekomst [v]
- projeter
- faire des projets
ITALIAANS
SPAANS
ZWEEDS
intentie [v]
- planera
- ha för avsikt
familie [v]
- planera
toekomst [v]
- planera
- tänka framåt
PORTUGEES
intentie [v]
- planejar
familie [v]
- espaçar
- dar um espaço de
toekomst [v]
- planejar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- plannend
- gepland
Presens
- plan
- plant
- plant
- plannen
- plannen
- plannen
Imperfect
- plande
- plande
- plande
- planden
- planden
- planden
Toekomende tijd I
- zal plannen
- zult plannen
- zal plannen
- zullen plannen
- zullen plannen
- zullen plannen
Conditionalis I
- zou plannen
- zou plannen
- zou plannen
- zouden plannen
- zouden plannen
- zouden plannen
Perfectum
- heb gepland
- hebt gepland
- heeft gepland
- hebben gepland
- hebben gepland
- hebben gepland
Voltooid verleden tijd
- had gepland
- had gepland
- had gepland
- hadden gepland
- hadden gepland
- hadden gepland
Toekomende tijd II
- zal gepland hebben
- zult gepland hebben
- zal gepland hebben
- zullen gepland hebben
- zullen gepland hebben
- zullen gepland hebben
Conditionalis II
- zou hebben gepland
- zou hebben gepland
- zou hebben gepland
- zouden hebben gepland
- zouden hebben gepland
- zouden hebben gepland
Imperatief
- -
- plan
- -
- -
- plant
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries