Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
geneeskunde [v]
- palpieren
ENGELS
geneeskunde [v]
- palpate
FRANS
geneeskunde [v]
- palper
ITALIAANS
geneeskunde [v]
- palpare
SPAANS
geneeskunde [v]
- palpar
ZWEEDS
geneeskunde [v]
- palpera
PORTUGEES
geneeskunde [v]
- apalpar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- palperend
- gepalpeerd
Presens
- palpeer
- palpeert
- palpeert
- palperen
- palperen
- palperen
Imperfect
- palpeerde
- palpeerde
- palpeerde
- palpeerden
- palpeerden
- palpeerden
Toekomende tijd I
- zal palperen
- zult palperen
- zal palperen
- zullen palperen
- zullen palperen
- zullen palperen
Conditionalis I
- zou palperen
- zou palperen
- zou palperen
- zouden palperen
- zouden palperen
- zouden palperen
Perfectum
- heb gepalpeerd
- hebt gepalpeerd
- heeft gepalpeerd
- hebben gepalpeerd
- hebben gepalpeerd
- hebben gepalpeerd
Voltooid verleden tijd
- had gepalpeerd
- had gepalpeerd
- had gepalpeerd
- hadden gepalpeerd
- hadden gepalpeerd
- hadden gepalpeerd
Toekomende tijd II
- zal gepalpeerd hebben
- zult gepalpeerd hebben
- zal gepalpeerd hebben
- zullen gepalpeerd hebben
- zullen gepalpeerd hebben
- zullen gepalpeerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben gepalpeerd
- zou hebben gepalpeerd
- zou hebben gepalpeerd
- zouden hebben gepalpeerd
- zouden hebben gepalpeerd
- zouden hebben gepalpeerd
Imperatief
- -
- palpeer
- -
- -
- palpeert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries