Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
vuur [v]
- schüren
- anschüren
ENGELS
vuur [v]
- stir
FRANS
vuur [v]
- attiser
- activer
- tisonner
ITALIAANS
vuur [v]
- attizzare
- sbraciare
SPAANS
vuur [v]
- atizar
- avivar
ZWEEDS
vuur [v]
- röra i
- röra om i
PORTUGEES
vuur [v]
- avivar
- atiçar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- oppokend
- opgepookt
Presens
- pook op
- pookt op
- pookt op
- poken op
- poken op
- poken op
Imperfect
- pookte op
- pookte op
- pookte op
- pookten op
- pookten op
- pookten op
Toekomende tijd I
- zal oppoken
- zult oppoken
- zal oppoken
- zullen oppoken
- zullen oppoken
- zullen oppoken
Conditionalis I
- zou oppoken
- zou oppoken
- zou oppoken
- zouden oppoken
- zouden oppoken
- zouden oppoken
Perfectum
- heb opgepookt
- hebt opgepookt
- heeft opgepookt
- hebben opgepookt
- hebben opgepookt
- hebben opgepookt
Voltooid verleden tijd
- had opgepookt
- had opgepookt
- had opgepookt
- hadden opgepookt
- hadden opgepookt
- hadden opgepookt
Toekomende tijd II
- zal opgepookt hebben
- zult opgepookt hebben
- zal opgepookt hebben
- zullen opgepookt hebben
- zullen opgepookt hebben
- zullen opgepookt hebben
Conditionalis II
- zou hebben opgepookt
- zou hebben opgepookt
- zou hebben opgepookt
- zouden hebben opgepookt
- zouden hebben opgepookt
- zouden hebben opgepookt
Imperatief
- -
- pook op
- -
- -
- pookt op
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries