Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
wiskunde [v]
- nummerieren°
ENGELS
wiskunde [v]
- number
FRANS
wiskunde [v]
- numéroter
ITALIAANS
wiskunde [v]
- numerare
SPAANS
wiskunde [v]
- numerar
ZWEEDS
wiskunde [v]
- numrera
PORTUGEES
wiskunde [v]
- numerar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- nummerend
- genummerd
Presens
- nummer
- nummert
- nummert
- nummeren
- nummeren
- nummeren
Imperfect
- nummerde
- nummerde
- nummerde
- nummerden
- nummerden
- nummerden
Toekomende tijd I
- zal nummeren
- zult nummeren
- zal nummeren
- zullen nummeren
- zullen nummeren
- zullen nummeren
Conditionalis I
- zou nummeren
- zou nummeren
- zou nummeren
- zouden nummeren
- zouden nummeren
- zouden nummeren
Perfectum
- heb genummerd
- hebt genummerd
- heeft genummerd
- hebben genummerd
- hebben genummerd
- hebben genummerd
Voltooid verleden tijd
- had genummerd
- had genummerd
- had genummerd
- hadden genummerd
- hadden genummerd
- hadden genummerd
Toekomende tijd II
- zal genummerd hebben
- zult genummerd hebben
- zal genummerd hebben
- zullen genummerd hebben
- zullen genummerd hebben
- zullen genummerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben genummerd
- zou hebben genummerd
- zou hebben genummerd
- zouden hebben genummerd
- zouden hebben genummerd
- zouden hebben genummerd
Imperatief
- -
- nummer
- -
- -
- nummert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries