Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
vermijden [v]
- avoid
- shun
FRANS
vermijden [v]
- éviter
- fuir
ITALIAANS
vermijden [v]
- evitare
- sfuggire
- scansare
SPAANS
vermijden [v]
- evitar
- guardarse de
- eludir
ZWEEDS
vermijden [v]
- undvika
- sky
- hålla sig ifrån
- undgå
PORTUGEES
vermijden [v]
- evitar
- esquivar-se a
THESAURUS
ontlopen [v]
- ontwijken
vermijden [v]
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- mijdend
- gemeden
Presens
- mijd
- mijdt
- mijdt
- mijden
- mijden
- mijden
Imperfect
- meed
- meed
- meed
- meden
- meden
- meden
Toekomende tijd I
- zal mijden
- zult mijden
- zal mijden
- zullen mijden
- zullen mijden
- zullen mijden
Conditionalis I
- zou mijden
- zou mijden
- zou mijden
- zouden mijden
- zouden mijden
- zouden mijden
Perfectum
- heb gemeden
- hebt gemeden
- heeft gemeden
- hebben gemeden
- hebben gemeden
- hebben gemeden
Voltooid verleden tijd
- had gemeden
- had gemeden
- had gemeden
- hadden gemeden
- hadden gemeden
- hadden gemeden
Toekomende tijd II
- zal gemeden hebben
- zult gemeden hebben
- zal gemeden hebben
- zullen gemeden hebben
- zullen gemeden hebben
- zullen gemeden hebben
Conditionalis II
- zou hebben gemeden
- zou hebben gemeden
- zou hebben gemeden
- zouden hebben gemeden
- zouden hebben gemeden
- zouden hebben gemeden
Imperatief
- -
- mijd
- -
- -
- mijdt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries