Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
sigaret [v]
- einatmen
- inhalieren
fysiologie [v]
- einatmen
ENGELS
sigaret [v]
- inhale
fysiologie [v]
- inhale
- breathe in
FRANS
sigaret [v]
- inhaler
fysiologie [v]
- inhaler
ITALIAANS
sigaret [v]
- inalare
fysiologie [v]
- inalare
SPAANS
sigaret [v]
- inhalar
- tragar
fysiologie [v]
- aspirar
ZWEEDS
sigaret [v]
- inandas
- inhalera
fysiologie [v]
- andas in
- inandas
- inhalera
PORTUGEES
sigaret [v]
- tragar
fysiologie [v]
- inalar
- aspirar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- inhalerend
- geïnhaleerd
Presens
- inhaleer
- inhaleert
- inhaleert
- inhaleren
- inhaleren
- inhaleren
Imperfect
- inhaleerde
- inhaleerde
- inhaleerde
- inhaleerden
- inhaleerden
- inhaleerden
Toekomende tijd I
- zal inhaleren
- zult inhaleren
- zal inhaleren
- zullen inhaleren
- zullen inhaleren
- zullen inhaleren
Conditionalis I
- zou inhaleren
- zou inhaleren
- zou inhaleren
- zouden inhaleren
- zouden inhaleren
- zouden inhaleren
Perfectum
- heb geïnhaleerd
- hebt geïnhaleerd
- heeft geïnhaleerd
- hebben geïnhaleerd
- hebben geïnhaleerd
- hebben geïnhaleerd
Voltooid verleden tijd
- had geïnhaleerd
- had geïnhaleerd
- had geïnhaleerd
- hadden geïnhaleerd
- hadden geïnhaleerd
- hadden geïnhaleerd
Toekomende tijd II
- zal geïnhaleerd hebben
- zult geïnhaleerd hebben
- zal geïnhaleerd hebben
- zullen geïnhaleerd hebben
- zullen geïnhaleerd hebben
- zullen geïnhaleerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben geïnhaleerd
- zou hebben geïnhaleerd
- zou hebben geïnhaleerd
- zouden hebben geïnhaleerd
- zouden hebben geïnhaleerd
- zouden hebben geïnhaleerd
Imperatief
- -
- inhaleer
- -
- -
- inhaleert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries