Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
persoon [v]
- inaugurate
FRANS
ITALIAANS
persoon [v]
- insediare
SPAANS
persoon [v]
- inaugurar
ZWEEDS
PORTUGEES
persoon [v]
- apossar-se
- tomar posse
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- inaugurerend
- geïnaugureerd
Presens
- inaugureer
- inaugureert
- inaugureert
- inaugureren
- inaugureren
- inaugureren
Imperfect
- inaugureerde
- inaugureerde
- inaugureerde
- inaugureerden
- inaugureerden
- inaugureerden
Toekomende tijd I
- zal inaugureren
- zult inaugureren
- zal inaugureren
- zullen inaugureren
- zullen inaugureren
- zullen inaugureren
Conditionalis I
- zou inaugureren
- zou inaugureren
- zou inaugureren
- zouden inaugureren
- zouden inaugureren
- zouden inaugureren
Perfectum
- heb geïnaugureerd
- hebt geïnaugureerd
- heeft geïnaugureerd
- hebben geïnaugureerd
- hebben geïnaugureerd
- hebben geïnaugureerd
Voltooid verleden tijd
- had geïnaugureerd
- had geïnaugureerd
- had geïnaugureerd
- hadden geïnaugureerd
- hadden geïnaugureerd
- hadden geïnaugureerd
Toekomende tijd II
- zal geïnaugureerd hebben
- zult geïnaugureerd hebben
- zal geïnaugureerd hebben
- zullen geïnaugureerd hebben
- zullen geïnaugureerd hebben
- zullen geïnaugureerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben geïnaugureerd
- zou hebben geïnaugureerd
- zou hebben geïnaugureerd
- zouden hebben geïnaugureerd
- zouden hebben geïnaugureerd
- zouden hebben geïnaugureerd
Imperatief
- -
- inaugureer
- -
- -
- inaugureert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries