Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
algemeen [n]
- Duellieren [n]
ENGELS
algemeen [n]
- duelling
FRANS
algemeen [n]
- duel [m]
ITALIAANS
algemeen [n]
- duellare [m]
SPAANS
algemeen [n]
- duelo [m]
ZWEEDS
algemeen [n]
- duellering [u]
PORTUGEES
algemeen [n]
- duelo [m]
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- duellerend
- geduelleerd
Presens
- duelleer
- duelleert
- duelleert
- duelleren
- duelleren
- duelleren
Imperfect
- duelleerde
- duelleerde
- duelleerde
- duelleerden
- duelleerden
- duelleerden
Toekomende tijd I
- zal duelleren
- zult duelleren
- zal duelleren
- zullen duelleren
- zullen duelleren
- zullen duelleren
Conditionalis I
- zou duelleren
- zou duelleren
- zou duelleren
- zouden duelleren
- zouden duelleren
- zouden duelleren
Perfectum
- heb geduelleerd
- hebt geduelleerd
- heeft geduelleerd
- hebben geduelleerd
- hebben geduelleerd
- hebben geduelleerd
Voltooid verleden tijd
- had geduelleerd
- had geduelleerd
- had geduelleerd
- hadden geduelleerd
- hadden geduelleerd
- hadden geduelleerd
Toekomende tijd II
- zal geduelleerd hebben
- zult geduelleerd hebben
- zal geduelleerd hebben
- zullen geduelleerd hebben
- zullen geduelleerd hebben
- zullen geduelleerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben geduelleerd
- zou hebben geduelleerd
- zou hebben geduelleerd
- zouden hebben geduelleerd
- zouden hebben geduelleerd
- zouden hebben geduelleerd
Imperatief
- -
- duelleer
- -
- -
- duelleert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries