Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
geneeskunde [v]
- defäkieren
ENGELS
geneeskunde [v]
- defecate
FRANS
geneeskunde [v]
- déféquer
ITALIAANS
geneeskunde [v]
- defecare
SPAANS
geneeskunde [v]
- defecar
ZWEEDS
geneeskunde [v]
- ha öppning
PORTUGEES
geneeskunde [v]
- defecar
THESAURUS
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- defecerend
- gedefeceerd
Presens
- defeceer
- defeceert
- defeceert
- defeceren
- defeceren
- defeceren
Imperfect
- defeceerde
- defeceerde
- defeceerde
- defeceerden
- defeceerden
- defeceerden
Toekomende tijd I
- zal defeceren
- zult defeceren
- zal defeceren
- zullen defeceren
- zullen defeceren
- zullen defeceren
Conditionalis I
- zou defeceren
- zou defeceren
- zou defeceren
- zouden defeceren
- zouden defeceren
- zouden defeceren
Perfectum
- heb gedefeceerd
- hebt gedefeceerd
- heeft gedefeceerd
- hebben gedefeceerd
- hebben gedefeceerd
- hebben gedefeceerd
Voltooid verleden tijd
- had gedefeceerd
- had gedefeceerd
- had gedefeceerd
- hadden gedefeceerd
- hadden gedefeceerd
- hadden gedefeceerd
Toekomende tijd II
- zal gedefeceerd hebben
- zult gedefeceerd hebben
- zal gedefeceerd hebben
- zullen gedefeceerd hebben
- zullen gedefeceerd hebben
- zullen gedefeceerd hebben
Conditionalis II
- zou hebben gedefeceerd
- zou hebben gedefeceerd
- zou hebben gedefeceerd
- zouden hebben gedefeceerd
- zouden hebben gedefeceerd
- zouden hebben gedefeceerd
Imperatief
- -
- defeceer
- -
- -
- defeceert
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries