Tegenwoordig en verleden deelwoord - classificerend - geclassificeerd Presens - classificeer - classificeert - classificeert - classificeren - classificeren - classificeren Imperfect - classificeerde - classificeerde - classificeerde - classificeerden - classificeerden - classificeerden Toekomende tijd I - zal classificeren - zult classificeren - zal classificeren - zullen classificeren - zullen classificeren - zullen classificeren Conditionalis I - zou classificeren - zou classificeren - zou classificeren - zouden classificeren - zouden classificeren - zouden classificeren Perfectum - heb geclassificeerd - hebt geclassificeerd - heeft geclassificeerd - hebben geclassificeerd - hebben geclassificeerd - hebben geclassificeerd Voltooid verleden tijd - had geclassificeerd - had geclassificeerd - had geclassificeerd - hadden geclassificeerd - hadden geclassificeerd - hadden geclassificeerd Toekomende tijd II - zal geclassificeerd hebben - zult geclassificeerd hebben - zal geclassificeerd hebben - zullen geclassificeerd hebben - zullen geclassificeerd hebben - zullen geclassificeerd hebben Conditionalis II - zou hebben geclassificeerd - zou hebben geclassificeerd - zou hebben geclassificeerd - zouden hebben geclassificeerd - zouden hebben geclassificeerd - zouden hebben geclassificeerd Imperatief - - - classificeer - - - - - classificeert - -